Rejection Sensitive Dysphoria
(of: waarom één blik soms kan binnenkomen als een afwijzing van jouw hele zijn en bestaan)
Als je ADHD of ADD hebt, dan is de kans groot dat je deze herkent:
Iemand zegt iets kleins: “dat had je beter even anders kunnen doen”, en het schiet dwars door je heen. Alsof er iemand in een oude, nog niet geheelde wond prikt.
Je wéét dat het niet zo bedoeld is, maar toch denk je: zie je wel, ik kan het ook nóóit goed doen. En dat kan zich dan direct weer uiten in verdriet, boosheid of angst. In extreme mate soms. Je bijt iemands hoofd eraf terwijl het eigenlijk maar een héél klein dingetje was.
Dat gevoel heeft een naam: Rejection Sensitive Dysphoria, kortweg RSD.
Een moeilijk woord voor iets dat pijnlijk gewoon voelt: de angst voor afwijzing of kritiek, en de heftige emotionele reactie die daarop volgt.
Waar het vandaan komt
Mensen met ADHD of ADD groeien vaak op met véél meer ‘correcties’ dan complimenten.
- “Let eens op.”
- “Kun je niet gewoon even stilzitten?”
- “Ben je dat nou wéér vergeten?”
- “Je bent zo slordig.”
- “Doe nou eens normaal.”
Kleine zinnetjes, vaak goedbedoeld, maar ze stapelen zich op.
En ook een blik, een zucht, een eyeroll of “Ik doe het zelf wel weer” doet hetzelfde.
Het gaat dag na dag, jaar na jaar door… en ze komen zowel bewust als onbewust binnen.
Ze raken.
En ondertussen probeer jij te voldoen. Harder te werken, beter te plannen, slimmer te reageren.
Tot je op een gegeven moment zó gewend bent aan het gevoel “ik doe het niet goed genoeg”, dat één kuch, zucht, blik of stilte van een ander alweer voelt als bewijs.
Met uiteindelijk zelfs het idee: “ik BEN niet goed genoeg, ik doe er niet toe”.
Hoe het eruitziet
RSD is niet alleen “snel geraakt zijn”. Het is diep verankerd en het laat zich op allerlei manieren zien.
Soms groot, soms subtiel, maar bijna altijd vermoeiend.
Misschien herken je dit:
- Extreem perfectionisme: nooit tevreden, want het kan altijd beter.
- Continu zoeken naar goedkeuring: zie me, zeg dat het goed is.
- Liegen of dingen verzwijgen om fouten te verbergen; liever dat, dan weer falen.
- Je schuldig voelen of schamen over kleine dingen: “had ik dat nou écht zo moeten zeggen?”
- Een negatief zelfbeeld; wat je ook doet, het is nooit genoeg.
- Dingen vermijden, zelfs leuke dingen, uit angst voor afwijzing of kritiek.
- Lichamelijke spanning: een knoop in je maag, druk op je borst, hoofdpijn zonder duidelijke reden.
- Denken dat anderen je niet mogen; ze doen aardig, maar eigenlijk…
- En ja: de hele dag door sorry zeggen. Terwijl ze zo freakin hard je best doet met alles en je zéker niet met opzet dingen doet of de anders ‘iets aan wil doen’.
En daarmee zeg je eigenlijk dus ook steeds tegen jezelf dat je niet okay bent, niet goed, niet genoeg… dat je het niet waard bent.
Het is alsof je brein al in de startblokken staat om te voelen dat je tekortschiet.
En zodra er iets beweegt: een toon, een blik, een stilte, gaat dat alarm af.
Het verschil tussen mannen en vrouwen
Bij mannen zie je vaker de buitenkant: irritatie, terugtrekken, of extra hard werken om te bewijzen dat het wel lukt.
Bij vrouwen blijft het vaker van binnen zitten.
Ze glimlachen, houden vol, en schamen zich ondertussen kapot dat ze “zich zo aanstellen”.
Bij vrouwen met ADD (de dromerige, niet-drukke variant) is dat nog sluipender:
ze compenseren jarenlang door te pleasen, te perfectioneren, en zich voortdurend aan te passen.
Van buiten lijkt het rustig, van binnen is het overleven.
En nu?
RSD gaat niet over zwakte of overgevoeligheid.
Het gaat over een zenuw die te vaak geraakt is.
Een brein dat geleerd heeft om zichzelf te beschermen door afwijzing vóór te zijn.
Dat kun je niet met één compliment repareren.
Maar je kunt het wel begrijpen.
En als je het begrijpt, kun je het langzaam anders gaan doen:
- milder zijn naar jezelf,
- leren dat kritiek niet gelijkstaat aan afwijzing,
- oefenen met rust in je lijf,
- en jezelf niet langer telkens opnieuw overtuigen dat je genoeg bent.
Wat kun je zelf (anders) doen?
- Erkennen: het begint met echt zien: “Ik reageer heel heftig, het lijkt overdreven, maar hé… het is voor mij ook heftig nog.” Dat helpt de schaamte al een beetje verlagen.
- Herkaderen:
– feedback of stilte is niet automatisch afwijzing
– iemand die weinig zegt of niet meteen reageert, wijst jou niet per se af
– weinig reactie betekent niet dat jij iets fout hebt gedaan
Probeer andere scenario’s: “Hij had het druk”, “Het is niet persoonlijk”.
- Emotie-regulatie: werken met rustmomenten, ademhaling, mindfulness of grounding (ja, jij ook).
- Grenzen aangeven: leren zeggen: “Oké, ik merk dat dit me van binnen raakt, ik neem even pauze.” En nee zeggen als iets te veel voelt.
- Therapie/coaching: met bijvoorbeeld cognitieve of acceptance-gerichte methodes kun je de automatische verhalen (“ik ben stom”, “ik hoor er niet bij”) uitdagen en zelfs herschrijven.
- Context: vooral bij ADD/ADHD is dit belangrijk: kijk naar hoe jouw waarden, omgeving en werk matchen, want je gevoeligheid kan ook een sterkte zijn (empathie, alertheid op sociale signalen), als je ‘m niet constant als schuldtraject ervaart.
Tot slot
Er is niks mis met jou.
Je bent gewoon wat te vaak (en soms ook te hard) geraakt…
en dat mag eindelijk verzachten.
We helpen je hier heel graag bij.